johan en mieke in malawi

20.9.08

Jaargang 2week 23: van zaterdag 6 september tot vrijdag 11 september 2008

Zaterdag 6 september
Aankomst Filip, zoon van Johan,
Na het bezoek van Werner (zoon van Mieke) en zijn vriendin Karen, is het nu de beurt aan Filip. Wij konden hem, tot onze verrassing, op zijn vliegroute volgen via sms’jes. Bij de aankomst speelde zich hetzelfde tafereel af als toen de zus van Johan in Blantyre landde, meer dan een jaar terug. Onmiddellijk zagen wij haar duidelijk het vliegtuig uitstappen, wuiven en dan wachten op haar terwijl zij de douane en immigratie moest passeren. Toen zowat iedereen weg was, kwam de zus melden dat haar bagage er niet bij was. En ook nu, na een tijdje wachten, een GSM gerinkel; de bagage van Filip was er niet bij. Het grote verschil met de zus van Johan was, Filip had zijn persoonlijke spullen volledig in zijn handbagage gestoken en de grote reiskoffer stak vol goederen voor onze kleuters. Blij weerzien, het was om en bij de 30°. Hij was al bij al niet te veel getekend door de reis.

Zondag 7 september
Wat een hoogdag had moeten worden met gaan eten in de Kuchawe, begon de dag in mineur. Een telefoontje van Sitima meldde dat er opnieuw een kleuter van onze school gestorven was: Holles Chabwera, drie jaar, was gisteren overleden. De begrafenis was voor vandaag. Wij wilden er bij zijn. De leerkrachten van Sitima vroegen of wij hen niet wilden ophalen, en zo konden zij ons de weg tonen. Vier leerkrachten gingen met ons mee, onze ’seven seats’ zat dus vol. Wij parkeerden de auto op een 100 m van het huis omdat de smalle paadjes ons verhinderden verder te rijden. Eens de motor afgezet, hoorden wij vaag het geweeklaag. Het kind lag niet in een kistje maar in witte doeken gewikkeld. Drie vrouwen zaten bij het lijkje achter een witte doek. In ons kamertje zaten er een viertal vrouwen, die regelmatig eens naar buiten gingen. Hier geen extra wenende vrouwen, alleen achter het witte gordijn hoorden wij twee vrouwen wenen. Een zette een monotone klaagzang aan, de andere vrouw, wij denken de moeder, weende en praatte tegelijkertijd, in Chichewa, haar woorden leken op vragen zoals waarom moet mijn kind sterven, waarom moet mij dat overkomen… Wij waren sprakeloos, op dergelijke vragen hebben wij geen antwoord. Na een tijdje gingen wij naar buiten en werd de moeder ook naar buiten gebracht. Een veel te jonge moeder, geen 20 jaar oud. Klagend, jammerend, wij konden niets uitbrengen, het hoort hier bij het leven maar toch voelden wij onmacht, voelden wij onrechtvaardigheid. Enkel een hand, een aanraking ter bemoediging.
De Kuchawe lag er beteuterd bij.

Maandag 8 september
Eerste kennismaking van Filip met Sitima. Filip had de dag ervoor al een verlaten Sitima gezien, maar het zien van de school waar 150 kleuters aanwezig waren, gaf natuurlijk een ander beeld. Hij werd onmiddellijk opgenomen in de gemeenschap, en ook hij, ex-scout, liet zich niet pramen. Onmiddellijk enkele peuters op de schoot, met de poppen in het Nederlands en in het Engels poppenkast spelen. Al was hij blank en sprak hij geen Chichewa, hij was onmiddellijk één van de hunnen. Uit de gesprekken bleek dat hij toch getroffen was door de armoede hier. Het was wel zo dat hij door die confrontatie de dag voordien met de begrafenis, onmiddellijk in het echte arme Afrika gedompeld werd. Bij hem moeten zij in Vlaanderen niet meer komen klagen dat hun leven lastig is.

Woensdag 9 september
Naar Blantyre de bagage ophalen.Via telefoon waren wij te weten gekomen dat de bagage van Filip goed en wel op de luchthaven was aangekomen. In Blantyre enkele noodzakelijke inkopen gedaan. Aankoop van maïs, rijst en rode bonen bij Admarc is ook een stukje Malawi laten zien. Vier diensten aandoen vooraleer je de opslagplaats van de eetproducten kunt binnengaan: receptie, dan naar een 150 m verder gelegen bureau voor de aankoopbon, dan terug naar de receptie waar wij in de buurt konden betalen, dan naar een controleplaats, twee km verder, waar zij uw betalingsbewijs omzetten in een afhaalbon, naar de opslagplaats en een laatste controle als wij het domein uitrijden. In minder dan een uur ben je daar nooit buiten. Maar geladen met 200kg voedsel reden wij naar de luchthaven waar we zonder noemenswaardige problemen de koffer konden ophalen.

Vrijdag 11 september
Callista Chimombo komt op bezoek in Sitima. Vorige week vrijdag was, tot grote ontgoocheling van onze leerkrachten, de aangekondigde komst van Callista Chimombo, uitgesteld. Maar op donderdag vertelden de leerkrachten ons dat Callista Chimombo op vrijdag kwam. Voor ons was het de omgekeerde wereld. Tot twee maal toe (eens met de zus van Johan) hadden wij Callista vergezeld op haar tocht om een aantal projecten te bezoeken. Je komt er aan en dan zie je de bewegingen, de wemeling van mensen, van kinderen, de stoelen worden aangerukt, iedereen gaat op zijn plaats zitten, sommige vrouwen beginnen te zingen en te dansen. Maar deze keer stonden wij aan de andere kant. Een woord: wachten. Zij vertelden ons dat Callista rond 10 uur zou aankomen. Iedereen zette zich klaar rond 9 uur. Je weet maar nooit… Wij hielden ons wat op de vlakte, lieten de anderen al plaats nemen omdat wij al enige ervaringen hadden met de timing van zo een bezoek. Rond 11u00 kwam Callista er aan. En dan zie je dat iedereen zo lang heeft moeten wachten en dat zij dan toch nog wat verrast zijn door haar komst. Gans het dorp zette zich in beweging. Want, vergist u niet, beste lezer, hier zitten misschien meer dan vierhonderd mensen en kinderen op het pleintje voor onze school. Callista imponeert niet alleen door haar uitstraling maar ook door haar imposante figuur. Zij steekt met kop en schouder boven de andere Malawiërs uit. En dan begint het feest: dansen, zingen, toneeltjes.. De conditie van Callista moet niet te goed meer zijn, maar enkele keren danste zij mee, maar telkens voegde zij zich bij de groep als de dans al een tijdje bezig was, en zij stopte ook steeds als eerste. Natuurlijk was er groot jolijt als zij ook danste. Dan de noodzakelijke speeches. Hieronder drukken wij de speech af die Johan gedaan heeft. Wij schrokken een beetje van de vele lofbetuigingen die wij hier kregen: van de Afumu (de burgemeesters) van Mofolo (de voorzitter van de CBO) en niet het minst van Callista. Wij schrikken daarvan omdat wij ons maar een deel van de ploeg voelen die iets wil doen voor de plaatselijke kleuters, bevolking. Maar voor hen zijn wij natuurlijk onmisbaar. En dat willen zij dan op zo een dag eens benadrukken. Wij laten het ons welgevallen en antwoorden ook met een gemeend dankwoordje.

Dear Minister, dear Afumu, dear Mofolo, dear members of the CBO, teachers, cleaners and cooks and all the mothers and the fathers and last but not least dear children,When our minister is coming that means a little bit feast for us and the community. Yes, Madame, the community is proud on you. CBO, Sitima, Nazareth school is already a part of our life. Even more, it is our life. We are pleased with the visitors from Belgium, from Flanders, the Flemish part of Belgium. Two months ago Werner, the son of Mieke, and his wife Karen, was here, today Filip, my son, is visiting us. We are very glad with it because they are two of the most important members of our organisation in Flanders which was founded with the main aim: to support our organisation YOCE, here in Malawi.
We hope that they see that we do a lot of things for the local people and if we have more support from Flanders we can do even more for you. We have to fight against the inequality: every child in the world must have the same chances to develop in the same way. Teachers, cleaners and cooks, in this process, you have a huge responsibility, your responsibility is very high. Please take care of your duty, day after day. You have our full support. That Unicef is helping our organisation means that we are on the good way. The cooperation between the CBO and us was from the start very good, and it is still improving. As you can see everywhere around you, you see bricks. For us it is very nice to see that the community can organise this without our help. Yes, you, CBO of the five villages around Sitima, you are good, you are very good. We appreciate this help very much. We hope that the result is in proportion to your effort and that at the end of this year we have four classrooms, a kitchen, a toilet, and maybe a medical centre and a dormitory. Dear Callista, your visit gives the people extra energy to do well for the community. Thank you