johan en mieke in malawi

15.7.08

Jaargang 2 week 15: van zaterdag 5 juli tot vrijdag11 juli 2008

YOCE en YOCEvim
Website: www.yocevim.org
Rekeningnummer: 000-0000004-04 YOCEvim
met de vermelding L82164 en YOCEvim
m.m.v. Koning Boudewijn Stichting
Stortingen vanaf 30 euro op jaarbasis krijgen een fiscaal attest

Zaterdag 05 juli 2008:Tranen en foto’s

Toen Alic, onze tuinman, ‘s morgens aankwam, vroeg hij aan Johan een voorschot op zijn loon; dat is heel klassiek ook al hebben ze een paar dagen daarvoor een loon ontvangen. Johan antwoordde hem: “Ik geef je niet alleen een voorschot, ik geef je nog meer: hier zijn de foto’s van Marcel en Renhilde. Hij liet alles vallen en nam de foto’s en zag dat het foto’s waren van zijn huis en familieleden. Een eerste krop in de keel. Hij keek en op een gegeven moment plakten twee foto’s aan mekaar en zo zag hij, onder de twee aan elkaar plakkende foto’s de foto van zijn vader. Zijn handen trilden. Plots raapte hij de foto’s bijeen en borg ze op, stamelde iets van ’zikomo kwambiri’ (heel erg bedankt). Johan keek hem aan en zag dat er enkele tranen over zijn wangen liepen. Zijn emoties waren te sterk geworden, hij kon niet meer blijven kijken, een foto van zijn vader. Hij weet wellicht zelf niet wat hem overkwam en wou zijn tranen niet tonen. Johan liet hem gaan. Tien minuten later was hij hersteld en kwam langs, vrolijk en blij, met de melding dat de foto’s heel mooi waren. ’zikomo kwambiri’ ’zikomo kwambiri’.

Later op de dag hout gaan halen. Dat zou geen nieuws zijn, ware het niet dat wij dat hout bij een echte rooms katholieke bisschop ophaalden. Bisschop Kalilombe met enkele mooie voornamen, een grote ring, die bezoekers kunnen kussen, klein van gestalte, mooi buikje. Er moesten nog twee planken gezaagd worden. ‘Vijf minuten’ had de houthakker gezegd. Kom binnen, zei de bisschop, het zijn vijf Malawische minuten en dat kunnen lange minuten zijn. Het was niet de eerste keer dat wij hem ontmoetten maar wij dachten dat hij een soort rabbijn was. Voor de tweede keer liet hij ons zijn huis zien. Johan herkent zijn eigen vergeetachtigheid. Ook onze bisschop was vergeten dat hij ons het huis al eens laten zien had. Zijn zelfde opmerkingen, dezelfde zinnen op het zelfde moment dat hij een deur opendeed. “Vroeger was dit de kamer van ‘madame’ “ doelend op de vorige, koloniale eigenaars. Het heeft iets vertederends. Hij ziet er geen zestig uit maar is wellicht al meer dan zeventig. En dan begint hij te vertellen over de politieke situatie, hoe hij het land uitgezet werd door de toenmalige dictator en vriend Banda, omdat Banda vreesde dat hij als hoofd van de Malawische kerk een oppositiepartij zou stichten. Hij was toen pas vier jaar bisschop in de hoofdstad Lilongwe, wij schrijven 1976. Over de kansen en verkeken kansen van Malawi. Hoe de kolonialen goede scholen opzetten maar alleen voor de braindrain. Zo komt de huidige president van Zambia van het noorden van Malawi. Want, zei hij, toen Zambia ook alle vreemdelingen het land wou uitwijzen, konden zij beginnen met het presidentieel paleis te ontzetten. Wij kenden net genoeg van de inlandse politiek om mee te kunnen in zijn verhaal. Toen wij een uur en een half later buiten kwamen hadden wij het gevoel dat Malawi nog vele kansen heeft om uit het slop te geraken. Het hout was klaar. Bollebozen

Gedurende de dag sijpelden de puntjes van onze afgestudeerden binnen van uit Leuven. Cijfers waar de oren van Johan van tuitten. Voor minder dan grote onderscheiding, je leest het goed, grote onderscheiding, doen onze twee meisjes het niet. Allebei, Sien en Eliene, grote onderscheiding. Dikke proficiat. Het is ooit anders geweest ten huize van Johan, zowel als student als als vader.

Zondag 06 juli: Independent day
Dus te voet naar de Kuchawe in. Heen en terug is een hele tocht. Maar onze meisjes hebben dat vrij vlot gedaan. Het weer was heel goed, steeds een stralende zon. Boven was het heerlijk vertoeven. Het eten smaakte, honger is daarbij de beste saus. Wij waren wat langer blijven zitten dan gewoonlijk. Toch wat schrik om de terugtocht aan te vatten? Maar net voor het donker werd, waren wij terug.

Dinsdag 08 juli; starten met het project: kinderen testen.
In onze zoektocht wat onze meisjes konden doen, stond op ons verlanglijstje: alle kinderen testen, zowel gewicht, lichaamslengte als enkele intellectuele opdrachten, gaande van kleuren herkennen, vormen natekenen, puzzels maken. Het is natuurlijk een hele karwei om bijna tweehonderd kinderen aan verschillende testen te onderwerpen. Maar wij proberen vijfentwintig kinderen per dag te nemen. Dan hebben wij 7 à 8 dagen nodig om ze allen te testen. Dat moet lukken. Het is heel intensief werken. Wij hebben geluk want onze jonge dames kunnen heel zelfstandig werken, stellen zelf de testbatterij op, na de eerste dag volgt er een evaluatie en de test wordt bijgesteld. Wij gaan op het eind een schat van gegevens hebben die ons moeten helpen om nog beter onderwijs te verschaffen. Iedereen zal beter op zijn plaats kunnen zitten. Wat ook opvallend is, is dat de leerkrachten, bij het zien van de testen, nu beter inzien wat wij verwachten wat een kind moet kunnen en kennen.

Donderdag 10 juli: wij nodigen onszelf uit bij een leerkracht.
Wij willen iedere leerkracht eens bezoeken. Zo hebben wij enig idee hoe zij leven. Joyce, de leerkracht die wij bezochten, is een van de beteren. Zij is ruim behuisd, toch naar Malawische normen. Zij had een eetmaal klaargemaakt voor ons. Een middagmaal, maar wat tegenviel was dat zij het deze morgen had klaargemaakt. Rijst, een luxeproduct hier, witte kool en een ei. Koud. Als dessert een banaan. Zo’n maal nuttigen is toch wat speciaal. Hun manier van werken! Eerst worden de gasten bediend, wij krijgen een lepel om mee te eten. Dan kijken zij naar ons hoe wij eten. Niemand zegt iets. Er komen alsmaar meer mensen en kinderen in de kamer binnen. Wij zaten op het eind met twintig in de ruime kamer, wij op een stoel, zij met zijn allen op een mat. Sam, een andere leerkracht, had zichzelf ook mee uitgenodigd. Hij is buurman van Joyce. Een poos later beginnen zij te eten. De kinderen , de volwassenen, allen rond de rest van het eten. Zij eten met de handen, geen borden, onmiddellijk uit de kom. Na de maaltijd gaan wij naar de school terug voor de voetbaltraining. Sam had zijn middagmaal van de school opzij laten zetten, en eet nu verder uit een overvol bord. Wij zijn gelukkig als hij zegt, ergens halverwege, dat hij de rest later zal opeten. Het is heet op het voetbalveld. De dag is druk en lang geweest. Vermoeid en tevreden keren wij terug naar Zomba. Sommigen van ons zullen hun kortstondige darmproblemen aan deze maaltijd wijten.

Vrijdag 11 juli, de Vlaamse feestdag
Hier is er van feesten geen sprake. Met de fiets naar Sitima, testen afnemen, de volgende week voorbereiden omtrent voedsel aankopen, menu’s bespreken. Volgende week is ook de laatste week van de tweede trimester. Dan gaat de school voor vier weken dicht; vier weken die wij grotendeels in Vlaanderen zullen doorbrengen. Wat heel verheugend is: ze zijn intens begonnen met stenen maken. Soms zijn ze met twee, soms met vier. Een man kan 400 à 500 stenen per dag aanmaken. Op dit moment zijn er ongeveer een zesduizend stenen gemaakt. Vrouwen brengen het nodige water van de dichtbijgelegen waterpomp. Het is een heel procedé. Eerst de grond klaarmaken. Gewone grond wordt losgemaakt, water aan toevoegen en met de voeten goed kneden. Daarna wordt de natte aarde in een vorm gegoten, vast geklopt en omgekapt op de grond om te drogen in de zon. Later worden deze stenen dan mooi gestapeld, een modderlaag erover, om de warmte vast te houden, met onderaan openingen waarin hout gestookt wordt om de stenen te kunnen bakken.
Tot volgende week