johan en mieke in malawi

29.9.08

Jaargang 2 week 25: van zaterdag 20 september tot vrijdag 26 september 2008

Zaterdag 20 september
Deze week hebben wij nog eens ingezet op voetbal voor de meisjes. De vorige week hadden wij twee meisjes, twee zussen, aangesproken om zoveel mogelijk meisjes uit te nodigen op de vergadering van zaterdag 20 september. 18 meisjes tussen de 15 en 10 jaar waren op het appèl, dat was meer dan wij verwacht hadden. Iedereen gevraagd of zij bereid waren regelmatig naar de training te komen. De twee leerkrachten terug aangesteld, en hopelijk hebben zij begrepen dat dit hun laatste kans is. Gezocht naar de dagen die het meest kans bieden om zoveel mogelijk meisjes op de training te krijgen. Filip zou de eerste training geven. Stipt op tijd komen. Wie regelmatig komt krijgt na drie maanden een voetbaluitrusting (sponsors in Vlaanderen?) Johan geeft een training per week en de twee trainers moeten die training twee keer overdoen.

Zondag 21 september getoast op de verjaardag van Koen in de Kuchawe Inn.

Maandag 22 september: de eerste training
Op de afgesproken drie uur waren er een viertal meisjes, maar na de start en een half uur later waren bijna alle meisjes aanwezig die vorige zaterdag zich hadden ingeschreven en er waren drie extra meisjes bijgekomen, dus wij zijn nu met 21. Filip is een extra aantrekkingskracht, jong én beweeglijk, kan veel meer voordoen dan zijn (versleten) vader. Maar wij zullen met de riemen moeten roeien die wij hebben want op woensdag vertrekt Filip terug naar de heimat, waar hem veel liefde wacht.

Dinsdag 23 september afscheid van Filip aan Sitima
In Sitima zijn ze al wat gewoon geworden van mensen die komen en gaan. Maar voor de Westerling is het telkens een gevoel apart. Die vragende ogen, hun vriendelijke uitnodigende blik, hun eenvoud, hun armoede, hun blijheid, die aanhankelijkheid van de kinderen: het maakt allemaal een verwarrende indruk. De bezoeker is in de war, hij wil meer doen maar het werk, het geld, het lief, de familie, de vrienden, en vooral misschien het vliegtuigticket, zorgt er voor dat het afscheid onherroepelijk is. Even slikken, de directeur roemt even de inbreng van de blanke maar in een adem zegt hij ‘vergeet ons niet‘. Vader en zoon kijken wat droef, geëmotioneerd, ook voor hen komt het uur van afscheid heel dicht bij. De passage van Filip was mooi geweest, hij heeft zich met zijn scoutshart totaal ingezet voor de kleuters. Vanaf de eerste dag zat hij met een aantal kleuters op de arm, speelde toneel, poppenkast, leerde hen enkele K3 danspasjes en enkele Vlaamse liedjes, speelde met de bal, met de blokken, deed ze lachen, meer zelfs schateren, en dat zonder een woord Chichewa te spreken en zij zonder een woord Engels te verstaan. De kinderen hebben weeral eens extra aandacht gehad.

Woensdag 24 september: met Filip naar de luchthaven
Nu moest vader en zoon afscheid nemen. Mieke was de stille getuige van de hechte band tussen hen beide. Het was bijna vijftien jaar geleden dat vader en zoon nog zo een lange tijd bijeen waren geweest. Meer zelfs nooit hebben zij zo samengewerkt. Voor de vader was het in ieder geval heerlijk werken. En Mieke kon het ook heel goed stellen met de aanwezigheid van Filip. Het is heel aangenaam dat je kon vaststellen dat zij hem als een zoon ervoer. Wat de vader allang wist, namelijk dat zijn zoon, al is het vlees zwak, in het diepste van zijn ‘zijn’ een prachtkerel is, werd hier heel concreet en zichtbaar gemaakt. Een mooier geschenk kun je een vader niet geven. Dat het afscheid emotioneel was, hoeven wij niet te vertellen. Toen wij onze rug keerden naar de ingang en wij naar onze auto stapten op de luchthaven, namen wij spontaan elkaars arm vast, kropen even heel dicht bij elkaar en voelden dat het goed was.

Donderdag 25 september: kort bezoek van een internationaal koppel
Karen (22) is een Nederlandse en Dave (23) een Engelsman, beiden pas afgestudeerd, kwamen vandaag aan voor een tweedaags bezoek. Zij hadden besloten, als ondersteuning van zijn studie in Mensenrechten, om een rondreis van drie maanden te maken in het zuidelijk deel van Afrika. Geland in Kaapstad rond 1 augustus, hebben zij zo Namibië , Botswana, Zimbabwe, Zambia, Malawi bezocht en later volgt nog Mozambique en zo terug naar Zuid-Afrika, Kaapstad waar op 28 oktober hun vliegtuig wacht. Donderdagvoormiddag wilden wij nog met de fiets naar Sitima. Na de lestijd nog enkele problemen besproken (er waren drie leerkrachten afwezig) zodat wij (voorspeld) een half uur te laat op onze afspraak waren die wij gemaakt hadden met ons internationaal koppel. Wij hadden dan ook Umali, onze waker, verteld dat er een koppel op bezoek kwam. De fietstocht in 35° en met heel steile klimpartijtjes deed ons emmers zweten. Na het middagmaal hebben wij een ganse namiddag ons wedervaren met Afrika gedeeld, een wandeling gemaakt en bij het avondmaal onze gesprekken voortgezet, niet echt productief maar wel interessant en aangenaam.

Vrijdag 26 september: bezoek van het koppel aan ons project
Wij hadden een drukke dag voor de boeg. Naar Sitima, de kinderen begeleiden, Karen en Dave kregen extra aandacht van onze kleuters. Er waren ook wat problemen met een van de leerkrachten. Weinig of geen interesse voor de kinderen, half slapen, half wakker. Wijj hadden al eens een waarschuwing gegeven, maar blijkbaar had het geen effect; Bij een volgende probleem kaarten wij het gedrag aan bij de CBO en kan er over ontslag gepraat worden. Wij hebben dat duidelijk gemaakt. Daarna naar Lake Chilwa, picknicken onderweg, en aan het meer kochten wij onder een zengende hitte visjes voor de middagmalen van onze kinderen. Sam vergezelde ons en wij hadden met hem een belangrijk gesprek. Het is duidelijk dat hij niet alleen het best Engels spreekt en voor ons is hij het aanspreekpunt maar hij is ook de meest begaafde. Hij mist charisma maar hij is degelijk, weet wat van hem verlangd wordt, kortom hij is op dit moment een onmisbare pion. Wij zoeken naar een middel om zijn overwicht in een financiële vergoeding om te zetten. Onze warme maaltijd hebben wij om zes uur pm genomen. De picknick was sober dus werd er met des te meer gretigheid gegeten en ‘s avonds nog naar het Vlaams nieuws, Nederlands nieuws en daartussen ‘De wereld draait door’ gekeken.
Tot volgende week

22.9.08

jaargang 2 week 24 van zaterdag 13 september tot vrijdag 19 september

Omdat de zoon van Johan hier op bezoek is, leek het ons een goed idee om een paar dagen uit zijn dagboek te publiceren. Tot volgende week

17/09/08; veldwerk in de bergen rond Zomba
Vandaag een grote wandeling gemaakt in de heuvels rond Zomba. Het is heel moeilijk om te beschrijven maar we hebben een paar uur gewandeld langs dorpjes die op de bergflanken van het Zombaplateau liggen. Dit is opnieuw het echte Malawi; kleine, rotsige zandwegjes, slingerend door de bergen langs groepen van hutjes die een dorp worden genoemd. Nu, op het einde van het droge seizoen, is alles er zeer dor en stoffig. Niet alle dorpjes hebben een schooltje, maar per drie à vier dorpjes is er een schooltje (vaak door vrijwilligers van het dorp open gehouden) en daar was het onzen Daddy om te doen. Hij doet deze wandeling een paar keer per jaar om die scholen wat geld toe te stoppen (niet zoveel voor ons, maar wel voor hen, tussen de 2500 en 5000 kwacha = tussen 12,5 en 25 euro). Hij kent deze scholen omdat hij en Mieke in het begin van hun Malawese verblijf, een rondleiding hebben gekregen langs al deze scholen. Toen waren ze op zoek naar een site om iets op te starten. Dit zijn dus de scholen die het niet gehaald hebben van Sitima. Het is echt niet uit te leggen wat ik vandaag weer aan armoede heb gezien (geen elektriciteit, geen stromend water)… Ik heb heel wat foto’s genomen om jullie een beeld te kunnen geven, maar het ergste staat niet op de foto’s. Ik kon echt geen foto’s nemen van huizen of mensen die er héél slecht aan toe waren. Ik vond het te beledigend om te blijven stilstaan en de ergste miserie vast te leggen. Die mensen moeten toch ook wel aanvoelen dat de enige reden kan zijn, dat het echt zo erg is en dat we zo verwonderd zijn dat we het fotograferen. Als ik dacht dat er niemand keek, heb ik af en toe toch geprobeerd om iets schrijnends vast te leggen, maar zoals gezegd het ergste wat ik gezien heb, staat niet op de gevoelige plaat. Wel zijn er “mooie” foto’s van de verschillende schooltjes (een 4-tal) die we hebben bezocht. In twee schooltjes zaten er een 30-tal kinderen te luisteren naar de juf in een lokaaltje van 3 op 2, echt niet te schatten. Langs de andere kant, weer niks dan lachende gezichten gezien. Op het einde van onze wandeling zijn we nog langs een marktje gegaan, waar ik een Baobapvrucht heb geproefd en gekocht. Ik heb er één vijfde van opgegeten en met de rest wat kindjes blij gemaakt. De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen, dat het vooral was, omdat ik het niet zo lustte dan omwille van het liefdadig karakter ;-). Zo’n marktje is ook een echte belevenis; levende kippen worden er afgewogen, kledij, eten en allerhande materialen worden er versjacherd en geruild. Als Zungu word je er overal nageroepen in de hoop dat je er iets koopt. Deze avond opnieuw met de ex-buurmeisjes gespeeld (met waterballonnen, hadden ze ook nog nooit gezien) en gedanst (K3 en plopdans, zijn hilarische filmpjes van J ). Morgen, ga ik bij de Malawiër (bij de tuinman en een leerkracht) thuis op bezoek. Ik ben echt benieuwd hoe de hutjes er van binnen uit zien. Morgen het relaas. Tot Morgen!

18/09/08; Sitima + huisbezoeken
Opnieuw mijn 8 km gaan lopen deze morgen en in minder dan 43 minuten. Streefdoel is om volgende maandag in minder dan 41 minuten terug te zijn. ’s Morgens lopen is echt zalig om de dag te beginnen. Hier in de bergen, heb je een prachtig uitzicht (we zitten vrij hoog) en is er prachtige natuur; zotte bomen, loslopende apen, kolibri’s, andere rare vogels, botanische tuin, bijna opgedroogd bergriviertje en een 10-tal Mulibwanji’s (= Malawese begroeting) met de Malawiërs . Deze morgen eerst naar de hoofdstraat van Zomba gereden om er eieren en cement te kopen. Dan naar Sitima geweest, eieren gebracht en wat educatief bezig geweest met de kleine mannen. Daarna zijn we medicijnen gaan ophalen bij de dokter waarmee we binnenkort hopelijk kunnen beginnen samenwerken; van zodra dat zijn brommer gemaakt is kan hij één halve dag per week de kindjes bij ons in Sitima komen onderzoeken (we leven op hoop). De medische ondersteuning is voor ons project zeer belangrijk, maar moeilijk op poten te zetten. Later hierover meer. Vandaag op bezoek geweest bij een leraar uit Sitima en onze tuinman. Onzen Daddy was in het verleden al eens op bezoek geweest bij zowel de leraar als de tuinman. Bij de leraar thuis was er toen één “binnenmuur” ingestort (even voor alle duidelijkheid; zo’n huis (=hut van maximaal 5m op 4m schat ik) heeft max. 2 binnenmuren) en hij vertelde onzen Daddy, dat hij daarom een nieuw huis ging bouwen. Nu moesten we terug gaan, want hij had zijn nieuwe huis gebouwd. Om met de deur in huis te vallen, het nieuwe huis was gebouwd, maar het dak lag er nog niet op. Daarom ook de noodzaak van ons bezoek, want vrij snel kwam de vraag of er geen sponsoring voor zijn dak mogelijk was. Even terzijde, ik denk dat ik hier ondertussen al een 40-tal huizen heb gezien zonder dak. De reden is eenvoudig; de stenen (er worden minder en minder houten hutten gebouwd) maken ze zelf met zand, aarde, water en heel goed aanstampen en bakken. Om te voegen gebruiken ze ook aarde en uitwerpselen van dieren en een beetje cement als ze het kunnen betalen. Maar voor het dak is er geld nodig, want daarvoor moeten ze hout kopen en als het kan ijzeren platen. Vaak beginnen Malawiërs aan een huis en wordt er dan op het einde geconstateerd dat er geen geld is voor een dak. Omdat hij in het nieuwe huis (opnieuw 5 op 4, denk ik) met zijn vrouw en kind moet wonen, geven we hem een beetje geld. Onzen Daddy moet hier wel voorzichtig mee zijn natuurlijk, want als hij persoonlijke steun begint te geven… er zijn 13 miljoen Malawiërs, waarvan 92% in de armoede leeft… Dan naar onze tuinman; We rijden schappelijk een 3 kwartiertjes verloren in allemaal kleine zandwegjes die ongelooflijk op elkaar lijken, om uiteindelijk te arriveren. Onze tuinman staat ons ongeduldig op te wachten, want we hebben voor hem cement mee, die onzen Daddy al een tijdje geleden beloofd had en in Malawi maakt belofte ook schuld, zeker als je als “Zungu” iets beloofd aan een Malawiër ;-) (en terecht ook, anders moet je maar niets beloven). Onze tuinman is tussen de 50 en 60 jaar (hij kent zijn exacte leeftijd niet, maar zeer weinigen hier trouwens) en zijn beide ouders leven nog. Ook hier is de exacte leeftijd onbekend, maar zij moeten rond de 80 zijn, wat ongelooflijk is voor een Malawiër. Het feit dat ze er beiden nog zijn maakt het nog meer een unicum en het beeld ook bijzonder mooi. Het huis van onze tuinman is ongeveer een 6 op 3 en is onderverdeeld in 3 ruimtes (foto’s van). Hij stelt de ruimtes als volgt voor; de slaapkamer (voor hem en zijn vrouw), de zitruimte en de logeerkamer J J J . Schitterend toch, de logeerkamer (1,5 op 3) en dan is de helft nog gevuld met brandhout!!! De kinderen (een 15-tal) uit de buurt zijn een kijkje komen nemen, want een wagen en een Zungu komt daar in de brousse niet elke dag voorbij. Ze krijgen allemaal een snoepje en we vertrekken samen met onze tuinman, die tijdens de werkdagen in Zomba verblijft (hij huurt een vervallen krot zonder dak, echt waar), omdat de afstand van waar hij woont tot bij ons in Zomba (8km) te groot is om dagelijks af te leggen. Weer een stukje van het echte Malawi gezien. Morgen ligt de focus weer bij de kindjes van Sitima. Benieuwd wat de dag brengen zal. Tot Morgen !!!

20.9.08

Jaargang 2week 23: van zaterdag 6 september tot vrijdag 11 september 2008

Zaterdag 6 september
Aankomst Filip, zoon van Johan,
Na het bezoek van Werner (zoon van Mieke) en zijn vriendin Karen, is het nu de beurt aan Filip. Wij konden hem, tot onze verrassing, op zijn vliegroute volgen via sms’jes. Bij de aankomst speelde zich hetzelfde tafereel af als toen de zus van Johan in Blantyre landde, meer dan een jaar terug. Onmiddellijk zagen wij haar duidelijk het vliegtuig uitstappen, wuiven en dan wachten op haar terwijl zij de douane en immigratie moest passeren. Toen zowat iedereen weg was, kwam de zus melden dat haar bagage er niet bij was. En ook nu, na een tijdje wachten, een GSM gerinkel; de bagage van Filip was er niet bij. Het grote verschil met de zus van Johan was, Filip had zijn persoonlijke spullen volledig in zijn handbagage gestoken en de grote reiskoffer stak vol goederen voor onze kleuters. Blij weerzien, het was om en bij de 30°. Hij was al bij al niet te veel getekend door de reis.

Zondag 7 september
Wat een hoogdag had moeten worden met gaan eten in de Kuchawe, begon de dag in mineur. Een telefoontje van Sitima meldde dat er opnieuw een kleuter van onze school gestorven was: Holles Chabwera, drie jaar, was gisteren overleden. De begrafenis was voor vandaag. Wij wilden er bij zijn. De leerkrachten van Sitima vroegen of wij hen niet wilden ophalen, en zo konden zij ons de weg tonen. Vier leerkrachten gingen met ons mee, onze ’seven seats’ zat dus vol. Wij parkeerden de auto op een 100 m van het huis omdat de smalle paadjes ons verhinderden verder te rijden. Eens de motor afgezet, hoorden wij vaag het geweeklaag. Het kind lag niet in een kistje maar in witte doeken gewikkeld. Drie vrouwen zaten bij het lijkje achter een witte doek. In ons kamertje zaten er een viertal vrouwen, die regelmatig eens naar buiten gingen. Hier geen extra wenende vrouwen, alleen achter het witte gordijn hoorden wij twee vrouwen wenen. Een zette een monotone klaagzang aan, de andere vrouw, wij denken de moeder, weende en praatte tegelijkertijd, in Chichewa, haar woorden leken op vragen zoals waarom moet mijn kind sterven, waarom moet mij dat overkomen… Wij waren sprakeloos, op dergelijke vragen hebben wij geen antwoord. Na een tijdje gingen wij naar buiten en werd de moeder ook naar buiten gebracht. Een veel te jonge moeder, geen 20 jaar oud. Klagend, jammerend, wij konden niets uitbrengen, het hoort hier bij het leven maar toch voelden wij onmacht, voelden wij onrechtvaardigheid. Enkel een hand, een aanraking ter bemoediging.
De Kuchawe lag er beteuterd bij.

Maandag 8 september
Eerste kennismaking van Filip met Sitima. Filip had de dag ervoor al een verlaten Sitima gezien, maar het zien van de school waar 150 kleuters aanwezig waren, gaf natuurlijk een ander beeld. Hij werd onmiddellijk opgenomen in de gemeenschap, en ook hij, ex-scout, liet zich niet pramen. Onmiddellijk enkele peuters op de schoot, met de poppen in het Nederlands en in het Engels poppenkast spelen. Al was hij blank en sprak hij geen Chichewa, hij was onmiddellijk één van de hunnen. Uit de gesprekken bleek dat hij toch getroffen was door de armoede hier. Het was wel zo dat hij door die confrontatie de dag voordien met de begrafenis, onmiddellijk in het echte arme Afrika gedompeld werd. Bij hem moeten zij in Vlaanderen niet meer komen klagen dat hun leven lastig is.

Woensdag 9 september
Naar Blantyre de bagage ophalen.Via telefoon waren wij te weten gekomen dat de bagage van Filip goed en wel op de luchthaven was aangekomen. In Blantyre enkele noodzakelijke inkopen gedaan. Aankoop van maïs, rijst en rode bonen bij Admarc is ook een stukje Malawi laten zien. Vier diensten aandoen vooraleer je de opslagplaats van de eetproducten kunt binnengaan: receptie, dan naar een 150 m verder gelegen bureau voor de aankoopbon, dan terug naar de receptie waar wij in de buurt konden betalen, dan naar een controleplaats, twee km verder, waar zij uw betalingsbewijs omzetten in een afhaalbon, naar de opslagplaats en een laatste controle als wij het domein uitrijden. In minder dan een uur ben je daar nooit buiten. Maar geladen met 200kg voedsel reden wij naar de luchthaven waar we zonder noemenswaardige problemen de koffer konden ophalen.

Vrijdag 11 september
Callista Chimombo komt op bezoek in Sitima. Vorige week vrijdag was, tot grote ontgoocheling van onze leerkrachten, de aangekondigde komst van Callista Chimombo, uitgesteld. Maar op donderdag vertelden de leerkrachten ons dat Callista Chimombo op vrijdag kwam. Voor ons was het de omgekeerde wereld. Tot twee maal toe (eens met de zus van Johan) hadden wij Callista vergezeld op haar tocht om een aantal projecten te bezoeken. Je komt er aan en dan zie je de bewegingen, de wemeling van mensen, van kinderen, de stoelen worden aangerukt, iedereen gaat op zijn plaats zitten, sommige vrouwen beginnen te zingen en te dansen. Maar deze keer stonden wij aan de andere kant. Een woord: wachten. Zij vertelden ons dat Callista rond 10 uur zou aankomen. Iedereen zette zich klaar rond 9 uur. Je weet maar nooit… Wij hielden ons wat op de vlakte, lieten de anderen al plaats nemen omdat wij al enige ervaringen hadden met de timing van zo een bezoek. Rond 11u00 kwam Callista er aan. En dan zie je dat iedereen zo lang heeft moeten wachten en dat zij dan toch nog wat verrast zijn door haar komst. Gans het dorp zette zich in beweging. Want, vergist u niet, beste lezer, hier zitten misschien meer dan vierhonderd mensen en kinderen op het pleintje voor onze school. Callista imponeert niet alleen door haar uitstraling maar ook door haar imposante figuur. Zij steekt met kop en schouder boven de andere Malawiërs uit. En dan begint het feest: dansen, zingen, toneeltjes.. De conditie van Callista moet niet te goed meer zijn, maar enkele keren danste zij mee, maar telkens voegde zij zich bij de groep als de dans al een tijdje bezig was, en zij stopte ook steeds als eerste. Natuurlijk was er groot jolijt als zij ook danste. Dan de noodzakelijke speeches. Hieronder drukken wij de speech af die Johan gedaan heeft. Wij schrokken een beetje van de vele lofbetuigingen die wij hier kregen: van de Afumu (de burgemeesters) van Mofolo (de voorzitter van de CBO) en niet het minst van Callista. Wij schrikken daarvan omdat wij ons maar een deel van de ploeg voelen die iets wil doen voor de plaatselijke kleuters, bevolking. Maar voor hen zijn wij natuurlijk onmisbaar. En dat willen zij dan op zo een dag eens benadrukken. Wij laten het ons welgevallen en antwoorden ook met een gemeend dankwoordje.

Dear Minister, dear Afumu, dear Mofolo, dear members of the CBO, teachers, cleaners and cooks and all the mothers and the fathers and last but not least dear children,When our minister is coming that means a little bit feast for us and the community. Yes, Madame, the community is proud on you. CBO, Sitima, Nazareth school is already a part of our life. Even more, it is our life. We are pleased with the visitors from Belgium, from Flanders, the Flemish part of Belgium. Two months ago Werner, the son of Mieke, and his wife Karen, was here, today Filip, my son, is visiting us. We are very glad with it because they are two of the most important members of our organisation in Flanders which was founded with the main aim: to support our organisation YOCE, here in Malawi.
We hope that they see that we do a lot of things for the local people and if we have more support from Flanders we can do even more for you. We have to fight against the inequality: every child in the world must have the same chances to develop in the same way. Teachers, cleaners and cooks, in this process, you have a huge responsibility, your responsibility is very high. Please take care of your duty, day after day. You have our full support. That Unicef is helping our organisation means that we are on the good way. The cooperation between the CBO and us was from the start very good, and it is still improving. As you can see everywhere around you, you see bricks. For us it is very nice to see that the community can organise this without our help. Yes, you, CBO of the five villages around Sitima, you are good, you are very good. We appreciate this help very much. We hope that the result is in proportion to your effort and that at the end of this year we have four classrooms, a kitchen, a toilet, and maybe a medical centre and a dormitory. Dear Callista, your visit gives the people extra energy to do well for the community. Thank you

7.9.08

Jaargang 2 week 22: van zaterdag 30 augustus tot vrijdag 5 september 2008


Woensdag 3 september: de politie mijn vriend (2x)
Het is toch wat! Het is voor ons altijd een shock wanneer wij met de corrupte overheid in contact komen. En hoe goed georganiseerd zij zijn. Iedereen doet mee. Wij weten niet goed wat wij hiermee moeten. Woensdag zijn wij eerst naar Sitima gereden en daar tevreden vastgesteld dat in de twee klassen in kleinere groepjes gewerkt wordt en dat er in elk groepje min of meer iets anders gedaan wordt. Goed en het kan nog beter. Het is nog een lange weg te gaan, maar wij gaan in de goede richting. Omdat de kinderen de laatste tijd sneller hun eten krijgen, verlaten ook wij eerder dan anders Sitima en hebben wij nog tijd om in de voormiddag naar onze bestelde fietsen te gaan kijken. Wij worden daar voor de tweede maal afgescheept: ‘Kom volgende week terug dan zijn er ‘probably’ vier fietsen klaar.’ We zullen zien. In het opgaan worden wij tegengehouden door een politiepatrouille, dat is niet ongewoon omdat zij daar een vaste staanplaats hebben. Maar na de gebruikelijke begroeting vraagt hij mijn rijbewijs en alles is in orde en ‘Comment allez-vous? ’ zegde hij. Op ons rijbewijs staan wat Franse teksten en hij kon ook een mondje Frans. Fier als een pauw zei hij nog enkele zinnen in het Frans en Johan antwoordde hem ook graag, al vermengde hij enkele Engelse woorden in zijn zinnen. Tevreden liet de politieagent ons rijden. ‘De politie onze vriend‘. Bij het terugkeren, mochten wij zonder veel poeha door maar een kleine km verder werden wij tegengehouden door een andere patrouille. Wij zagen een politieagent met een camera naar de weg gericht, foto’s nemen of filmen. Een andere agent deed ons kortaf op de zijkant van de straat rijden. U reed 52 km/uur en je mag maar 25 km /uur doen‘. Johan fronste even de wenkbrauwen en daarop repliceerde hij dat zij tot 40 km /uur door de vingers zien, maar 52 km neen, trop is teveel en teveel is trop. Wij hadden eerlijk gezegd nog nooit een bord gezien. Is het recent geplaatst of stond het er al een tijd? Wij weten het niet. Johan moest uitstappen en Mieke kwam mee. Johan moest zijn rijbewijs afgeven en op het huis van Justitie terug gaan ophalen, na het betalen aldaar van een boete, Mieke meende dat hij 1000 MK gezegd had. Iemand moest ons hier dan een bewijs geven dat wij toch gerechtigd zijn om te rijden. Terwijl hij ons een bewijs schreef dat wij een rijbewijs hebben, begon die brave man zich te excuseren en brabbelde dat wij geen criminelen zijn omdat wij naar het huis van Justitie moeten. Het ‘de politie mijn vriend’ verhaal diste hij ook nog op. Johan ging wat verderop staan om niet meer in zijn verhaal mee te moeten. Mieke moest maar luisteren naar zijn vreemde verhalen. Eerst zou hij met ons meegaan om, na betaling, ons rijbewijs te kunnen teruggeven. Wat later kwam hij daarop terug en wij moesten ons om 13u30 op het Huis van Justitie (Court) aanmelden waar ons rijbewijs zou liggen. ‘Overacting bij een politieman is niet goed‘ dachten wij. Bij justitie geven wij ons voorlopig rijbewijs af. Daarna kantoor in, kantoor uit. Een politieagente stond ons te woord en begon van een gewoon wit blad een formulier te maken, een carbonpapier maakte een dubbel van het formulier. Wij vonden het vreemd dat zij ook nogal slordig omging met het bijna doorzichtige carbonpapier. Naam, adres ‘tribe’ (Johan leerde dat hij zijn nationaliteit moest invullen) enz… “Als het bureau hiernaast vrij is, zijn jullie aan de beurt‘. En wat achter die deur gebeurt is heel vreemd. Een politieofficier zit aan een slordig bureau en de politieagente blijft ook in het bureau zitten. De corruptie ligt er zo vingerdik op, domme vragen, het gesprek ging ongeveer als volgt: ‘Bekent u schuld aan deze snelheidsovertreding?’ Johan antwoordde dat hij heel voorzichtig reed. Maar als jullie zeggen dat wij 52 reden en dat er een bord stond met 25 km/uur dan… ‘Bekent u schuld aan deze snelheidsovertreding?’ Ja, antwoordde Johan dan. ‘Wat denkt u van de hoogte van de boete?’ Mieke en Johan keken elkaar ongelovig aan, aarzelden,‘Hoeveel denkt u dat u moet betalen?’ Wij konden niet direct antwoorden omdat wij het allemaal niet zo goed snapten. Moesten wij nu zelf de hoogte van onze boete bepalen? ‘Zeg een getal, hoeveel wilt u betalen?’ Dan moesten wij snel beslissen. Beginnen wij hier nu te discuteren, hen te beschuldigen van corruptie? Neen. Wij hebben gehoord dat de boete 1000 MK (ca 5 euro) bedraagt’. Stamelde Johan.‘Verdubbel het bedrag?’ repliceerde de man. Johan deed dat hij die opmerking niet gehoord had en legde 1000 MK op tafel. ‘De ’court fee’ is ….500 MK.’ probeerde de politieofficier nog iets extra te redden. Vooral Johan wilde daar weg en legde die 500 MK extra op de tafel. Wij krijgen een deel van het zelfgemaakte formulier met stempel en al terug en daarop stond dat wij 1500 MK betaald hadden. In de aanhef zegden wij dat zij goed georganiseerd zijn, wij bedoelen hiermee dat waarschijnlijk iedereen van de politiedienst eraan meedoet. Wellicht beseffen zij niet dat het er vingerdik opligt dat zij bedrog plegen, maar toch blijven zij dat doen. En dat iedereen meedoet is toch angstaanjagend. Dat is een probleem dat niet in één, twee, drie kan opgelost kan worden als het werkelijk zo wijd vertakt is. Je kunt moeilijk de hele politiedienst ontslagen of vervolgen. Wij hebben al ervaren dat mensen die in officiële dienst werken maar vriendelijk kunnen zijn als er iets extra op tafel komt en gebeurt dat niet dan werken zij tegen. Hun gedrag steekt schril af met de mentaliteit die bij de gewone burgers heerst. Maar goed ook. Wat moeten wij hiermee? Wij denken dat het beste is dat wij Callista Chimombo hiervan op de hoogte brengen. Beter nieuws is dat morgen de zoon van Johan ons komt bezoeken voor iets meer dan 2 weken. Leuk.
Tot volgende week!

1.9.08

Jaargang 2 week 21: van zaterdag 23 augustus tot vrijdag 29 augustus 2008

Een blij weerzien en veel goed nieuws

Zaterdag 23 augustus
Na een voorspoedige reis landen wij veilig in Blantyre. In huis was alles zoals het achtergelaten werd. Onze vijf puppies stellen het allen uitstekend, het zijn vijf wijfjes. Samson, een vierjarige neef van Umali en Fanny, wordt opgenomen door hen. Hun gezin telt voortaan vier kinderen.

Zondag 24 augustus
De auto start niet. Na enige aarzeling (omdat wij er niets van kennen) doen wij toch de motorkap open. Wat wij zien is ontstellend: verschillende kabels, afgeknapt, liggen bij stukken her en der verspreid. Bij nader toezien verraden de keutels dat ratten de kabels hadden doorgebeten.

Maandag 25 augustus
Geen Sitima. Eerst de auto laten herstellen. Een man komt ter plaatse, stelt de schade vast, gaat naar het centrum om kabels te kopen en na iets meer dan een halve dag werk is de auto weer gebruiksklaar. Oef… ‘s Avonds een blij weerzien van onze kinderen van ons pioniersklasje. Zij zingen een liedje ‘You are welcome’. Zij kunnen echt mooi zingen. Sibongile en Joseph, de twee jongsten van ons eerste klasje (toen nog kleuters), hebben goede resultaten op school behaald. Hun resultaten steken schril af tegen de resultaten van de andere kinderen. Dat sterkt ons in de overtuiging dat onze keuze om vooral voor de kleuters te zorgen de beste keuze was. Kinderen begeleiden in hun gevoeligste periode is het meest aangewezen als je moet kiezen.

Dinsdag 26 augustus
Weer thuis in Sitima. Met een dag vertraging worden wij warm ontvangen in Sitima. Kokkinnen, leerkrachten en vooral de kinderen komen al zingend en dansend ons begroeten. Wij maken ons de bedenking dat die korte onderbreking niet slecht is geweest voor beide zijden: wij hebben elkaar gemist. Wat algemeen opvalt is dat de mensen die van onze toelage afhankelijk zijn, het moeilijk gehad hebben. De meesten hebben wij iets moeten geven in afwachting dat zij op het einde van de maand hun salaris of toelage krijgen. En de mensen die het meest verdienen, hadden de grootste nood. De armoede is weer groot in het land. Is het de droogte? Het heeft zo goed als niet geregend de laatste 4, 5 maand. En er staan nog 2 maanden voor de deur zonder regen. Is het omdat wij weggeweest zijn naar het rijke noorden dat wij sterker de armoede voelen? Goed nieuws kwam van UNICEF. Zij hadden tijdens ons verblijf in Vlaanderen de leiding. En de leerkrachten van de kleuterschool zijn door hen uitgenodigd geweest om over onze werking te praten met als resultaat dat wij heel wat educatief speelgoed hebben gekregen. Leien, krijt, houten blokken, figuurtjes, auto’s, maar ook enkele kookpotten. Wij hebben het allemaal nog niet gezien maar de hulp is zeer welkom. Vijf leerkrachten krijgen binnenkort nog een snelcursus van twee weken over lesgeven aan kleuters. Prima.

Woensdag 27 augustus
Terug naar Sitima met de fiets. Het weer is heel goed, rond de 30°. Warm genoeg als wij in de korte namiddag terugkeren naar Zomba. Alles is dor en stoffering. Normaal zien wij de hoogste berg van Malawi (het Mulanje gebergte) van op ons terras. Nu is alles versluierd door het stof.

Donderdag 28 augustus
Een dagje Blantyre om vooral inkopen te doen. Wij genieten van een lekkere pizza bij de Italiaan (Hostaria) en gaan daarna een ijsje eten bij een andere Italiaan (Mandala).


Vrijdag 29 augustus
Naar Sitima, eetwaren afgeven: suiker, rijst, rode bonen, olie. Met de kinderen in de klas meegedaan. Ook in onze klas met de jongsten worden er nu vier verschillende activiteiten met de kinderen georganiseerd. Eén activiteit was nog niet aangepast aan de bekwaamheid van de kinderen maar de wil en het besef van de noodzaak om te werken in kleinere groepjes met verschillende activiteiten is er. Op de middag hadden wij een vergadering gepland voor de leerkrachten. De directeur van de CBO ( de vereniging waarmee wij samenwerken) sprak in zijn betoog heel vurig over de kansen die zijn vereniging en de plaatselijke gemeenschap nu krijgen. Wat bleek: de mensen van UNICEF hadden hen een aantal dingen verteld over opvoeding en voeding van kleuters en zij zegden precies hetzelfde als wat wij al de hele tijd zegden. Gevarieerd voedsel, spelen met de kinderen enz…Dus besloot hij, wij zijn op goede weg. En daarom hebben zij vaart gezet achter het aanmaken van de bouwstenen. Zij hadden er nu al een kleine twintigduizend. Nu waren zij bezig met brandhout te verzamelen. En binnenkort gaan zij een eerste oven (gewoon een speciale manier van stenen stapelen, wellicht is er een foto op onze website) aansteken. Zij willen het hierbij niet laten en onmiddellijk voortdoen met het aanmaken van een tweede oven. Dus wij zullen wellicht binnenkort starten met de bouw van klas drie en vier.
U ziet het, beste lezer, veel beter nieuws konden wij moeilijk verwachten.
Tot volgende week